Voorwoord
Voor u ligt de derde begroting van ons college. Ons akkoord heet Verbindend Vooruit! en die koers zetten we voort. Maar we kunnen alleen vooruitkomen en onze ambities waarmaken, wanneer we een stevige financiële basis hebben. Hoewel dat halverwege onze coalitieperiode lastiger is dan toen we begonnen, zijn we daar in geslaagd.
We hebben de begroting weer in balans gebracht en zorgen dat onze financiën ook op de lange termijn gezond blijven. Dat doen we door enkele lastige keuzes te maken, zoals we eerder al hebben geschreven in de Kaderbrief 2026. De uitgaven van de provincie groeien sneller dan de inkomsten. Verschillende uitgaven zijn daarom verlaagd en andere juist verhoogd. Zo kunnen we blijven werken aan wat Noord-Holland nodig heeft.
Ook merken we aan onze financiën dat de wereld om ons heen snel verandert. Prijzen blijven hoog, materialen worden duurder en lonen stijgen. De kosten voor faunaschade zijn eveneens flink omhoog gegaan, van € 8 miljoen in 2019 naar € 28 miljoen in 2024. Het verwachte geld van het Rijk voor het Provinciaal Programma Landelijk Gebied (PPLG) is grotendeels weggevallen. Daarom hebben we deze begroting op een paar plekken aangepast. Er zit spanning op het aan de ene kant op orde hebben van de begroting en aan de andere kant de urgentie om op inhoud door te pakken. Dat dwingt ons om nu keuzes te maken die niet ideaal zijn maar waardoor we onze plannen kunnen blijven uitvoeren, terwijl de begroting in balans blijft.
Dat neemt niet weg dat we, om ons werk goed te kunnen doen, duidelijkheid nodig hebben over landelijk beleid. De val van het kabinet Schoof zorgt helaas voor het voortduren van de impasse op het stikstofdossier en dat heeft grote impact op woningbouw, bereikbaarheid en onze economie. Gelukkig kan het demissionaire kabinet, met hulp van de Tweede Kamer, op een aantal onderwerpen wel doorwerken.
Dit college zet stappen vooruit waar we dat als provincie kunnen. Zoals gepland gaan we door met het Natuur Netwerk Nederland. Ook hebben we net voor de zomer een belangrijk convenant met LTO, het Hollands Agrarisch Jongeren Kontakt en Biologisch Noord-Holland gesloten over stikstofreductie. Dat is belangrijk voor onze natuur en helpt ook bij vergunningen voor landbouw, woningbouw, betere wegen en het verduurzamen van de industrie. Dit biedt ook kansen voor boeren en andere ondernemers. Om de hoge kosten door faunaschade te verminderen, investeren we in actief beheer.
Natuurlijk kijken we goed naar de uitgaven van de afgelopen jaren. We hebben gezien dat we op sommige plekken te veel geld hadden gereserveerd. Door onze reserves op te schonen, komen er middelen vrij zonder dat het ten koste gaat van onze doelen. Dit geldt bijvoorbeeld voor gladheidsbestrijding en groot onderhoud van wegen en vaarwegen. Wel zijn we genoodzaakt minder geld uit te geven aan een aantal toerisme-, erfgoed- en waterrecreatieprojecten. Maar dan zijn we er nog niet. Ook de inkomsten worden hoger. We verhogen de opcenten op de motorrijtuigenbelasting van 77,4 naar 82,1. In Noord-Holland betalen motorvoertuigbezitters al sinds 2001 van alle provincies het minst. Dat blijft ook na deze verhoging zo.
Dankzij deze keuzes kan de provincie blijven investeren in een sterk en duurzaam Noord-Holland, waar groei en leefbaarheid goed samen gaan. Zo gaan we echt verbindend vooruit.
College van Gedeputeerde Staten Noord-Holland