Algemene dekkingsmiddelen

Onder de algemene dekkingsmiddelen zijn de volgende posten opgenomen:
  • Provinciale heffingen
 • Uitkering uit het provinciefonds
 • Dividenduitkeringen
  • Financieringsfunctie (renteresultaat)
 • Overige algemene dekkingsmiddelen  

Provinciale heffingen  
De provinciale opcenten op de motorrijtuigenbelasting vormen na de uitkering uit het provinciefonds de grootste post binnen de structurele algemene dekkingsmiddelen. Een nadere toelichting op de opcenten op de motorrijtuigenbelasting is te vinden in de paragraaf Lokale heffingen van deze begroting.

Uitkering provinciefonds
De uitkering uit het provinciefonds is bij deze begroting aangepast op basis van de meicirculaire 2025
 Dividend
De dividenden worden prudent geraamd. Een toelichting op de deelnemingen is opgenomen in de paragraaf Verbonden partijen in deze begroting.  
Financieringsfunctie
Onder de post financieringsfunctie wordt het renteresultaat van de provincie begroot. Een overzicht van het renteresultaat is opgenomen in de paragraaf Financiering van deze begroting.   
Overige algemene dekkingsmiddelen
Onder ‘overige algemene dekkingsmiddelen’ worden middelen verantwoord die niet bij één van de inhoudelijke programma’s horen, maar wel dienen ter algemene dekking. Voorbeelden zijn het verhuren van onroerend goed, de facilitering van de dienstverlening voor het bedrijfsbureau voor de recreatieschappen en de externe detachering van provinciepersoneel. Bij het verhuren van onroerend goed gaat het om de verhuur van delen van het gebouw aan het Houtplein en de verhuur van de parkeergarage onder de Dreef. Voor de begroting wordt geen rekening gehouden met het extern detacheren van provinciepersoneel.   De incidentele middelen die beschikbaar zijn gesteld in het coalitieakkoord, zijn opgenomen in de ‘reserve Coalitieakkoord’. Deze reserve is onder de ‘overige algemene dekkingsmiddelen’ geplaatst. De gelden worden bij de komende P&C momenten toebedeeld aan de juiste beleidsdoelen en bestemmingsreserves.

Lasten:

• Het stijgende verloop van 7.1.4 Financieringsfunctie wordt bepaald door een toename van de verwachte rentekosten van het nog aan te trekken vreemde vermogen.

Baten:

• Het verloop van de baten wordt meerjarig vooral veroorzaakt door het saldo van het provinciefonds en de opbrengst van de opcenten. De daling tussen 2024 en 2025 wordt vooral veroorzaakt door een hoge stand van het provinciefonds in 2024 (als gevolg van een groot aantal decentralisatie uitkeringen). De daling tussen 2025 en 2026 wordt vooral verklaard door een relatief hoge opbrengst van het provinciefonds in 2025 als gevolg van de eindafrekening over 2024 van de algemene uitkering en de toevoeging van de definitieve ruimte onder het plafond BTW compensatiefonds 2024. De groei in de jaren daarna wordt veroorzaakt door toenemende accressen en de aanname van 0,9% autonome groei van de opcenten. Verder speelt in de jaren vanaf 2025 ook mee dat correcties zijn gedaan met betrekking tot de aanname van 2% autonome groei en de extra opbrengst voor elektrische auto's vanwege het afschaffen van de vrijstelling van de MRB; deze aannames zijn verwijderd. Dit verklaart mede de daling van baten tussen 2024 en 2025 en tussen 2025 en 2026. Vanaf 2026 is deze correctie constant in alle jaren en dus speelt dit geen rol meer bij het verloop van baten in deze jaren.
• De mutaties in de  dividendopbrengsten worden vooral verklaard door hoge geraamde opbrengsten voor het dividend van Alliander in 2024.

 Stortingen:
 De stortingen in de reserve Coalitieakkoord betreft een storting die voortvloeit uit afspraken uit het Coalitieakkoord en heeft betrekking op fietsbeleid.
 Onttrekkingen:
De onttrekkingen betreft een drietal overhevelingen uit de TBW2025 en die voortvloeien uit afspraken uit het Coalitieakkoord.