De kosten voor bedrijfsvoering bestaan uit capaciteitskosten voor bedrijfsvoering (personele kosten van eigen medewerkers en externe inhuur) en materiële kosten zoals huisvesting en ICT.
Voor de bepaling van personele overhead gaan we uit van de functies zoals genoemd in de notitie Overhead van de commissie BBV, aangevuld met een aantal interne uitgangspunten. Hierin is voor specifieke functies in lijn met de uitgangspunten van de BBV-notitie vastgelegd, of deze tot overhead of tot programmakosten behoren.
Materiële kosten voor bedrijfsvoering worden voor het overgrote deel gerekend tot de overhead. Dit zijn bijvoorbeeld het onderhoud aan de panden, schoonmaak, beveiliging, catering en kosten van informatisering.
Er worden geen overheadkosten aan investeringen toegerekend. Dat geldt zowel voor personele kosten als voor materiële kosten.
Een deel van de materiële en personele kosten wordt gedekt uit reserves. Het betreft de reserves Huisvesting, Bedrijfsvoering en GO-gelden.
Deze kosten worden toegelicht in de programmabegroting onder programma 7, onderdeel overhead. Daar zijn ook de kosten die gerekend worden tot overhead toegelicht.
Totale kosten overhead begroting 2026 (bedragen x € 1.000)
Overhead capaciteitskosten | 67.677 |
---|---|
Overhead materiële kosten | 39.110 |
Totaal overhead (Zie OD 7.2.1) | 106.787 |
Van deze kosten wordt € 8,6 miljoen gedekt uit de reserves bedrijfsvoering en huisvesting.
Kosten van overhead | |||||
---|---|---|---|---|---|
Bedragen * € 1 miljoen | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
Capaciteit | 61,73 | 57,73 | 57,27 | 57,35 | 57,33 |
Materiële kosten | 36,65 | 34,36 | 36,71 | 32,5 | 32,65 |
Totaal | 98,38 | 92,09 | 93,98 | 89,86 | 89,99 |
Totale capaciteitskosten
Capaciteit wordt ingezet voor bedrijfsvoering (overhead) en voor de realisatie van investeringen en begrotingsprogramma’s.
Voor ieder begrotingsprogramma en voor de investeringen wordt jaarlijks geïnventariseerd hoeveel capaciteit nodig is om de opgaven te realiseren. De kosten van de capaciteit worden geraamd en gerealiseerd op de organisatorische eenheden (directies en sectoren) waar de medewerkers toe behoren. Aan de hand van de inventarisatie wordt vervolgens een verdeelsleutel voor capaciteit bepaald. Met deze verdeelsleutel worden de capaciteitskosten vanuit de directies en sectoren aan de programma’s en investeringen in de begroting meerjarig toegerekend.
Voor de toerekening van de capaciteitskosten in de jaarstukken wordt de meest recente verdeelsleutel gebruikt zoals die bij de begroting of begrotingswijziging is vastgesteld
De systematiek van jaarlijkse inventarisatie is in de laatste begrotingswijziging van 2024 ingevoerd en wordt in de 2e begrotingswijziging 2025 en de begroting en meerjarenraming 2026 op gelijke wijze toegepast. Doordat de jaarschijf 2026 in de begroting 2025 nog via een verouderde, niet jaarlijks totaal geactualiseerde systematiek uitging, ontstaan nu relatief grote verschuivingen tussen programma’s. Dit ziet u terug in de programmacijfers en wordt in deze paragraaf in kaart gebracht.
Daarnaast treft u hieronder de meerjarige toerekening van de capaciteitskosten aan de begrotingsprogramma’s en investeringsbudgetten aan.
De aan programma’s toegerekende capaciteitskosten 2026 zijn in totaal gestegen ten opzichte van de begroting 2025, jaarschijf 2026. Daarnaast zijn de kosten neutraal herverdeeld. Het betreft de volgende posten:
- Verwerking van de cao 2025 ten laste van de daarvoor al in de begroting opgenomen stelpost. (Neutraal op totale begroting)
- Actualisatie van de toerekening op basis van de jaarlijkse inventarisatie van capaciteit. (Neutraal op het totaal capaciteitsbudget)
- Verhoging van capaciteitsbudgetten in de programma’s en gelijktijdige verlaging van het opgavenbudget. (Neutraal op ieder programma)
- Kaderbrief (Niet neutraal, verhoging vastgesteld bij de kaderbrief 2026)
Toerekening van capaciteitskosten aan programma’s en investeringen | ||||||||||
Bedragen in € miljoen | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
€ | % | € | % | € | % | € | % | € | % | |
1. Bestuur | 10,9 | 7,2% | 10,8 | 6,7% | 10,7 | 6,7% | 10,5 | 6,6% | 10,5 | 6,6% |
2. Klimaat en gezonde leefomgeving | 10,6 | 7,0% | 7,7 | 4,8% | 7,6 | 4,7% | 7,4 | 4,7% | 7,4 | 4,7% |
3. Ruimte en Wonen | 7,9 | 5,2% | 9,9 | 6,1% | 9,7 | 6,0% | 9,4 | 5,9% | 9,4 | 5,9% |
4. Bereikbaarheid | 26,5 | 17,4% | 33,3 | 20,6% | 33,2 | 20,7% | 32,9 | 20,8% | 33 | 20,8% |
5. Natuur en landelijk gebied | 17,6 | 11,6% | 13 | 8,1% | 12,9 | 8,0% | 12,6 | 7,9% | 12,6 | 7,9% |
6. Economie, leefbaarheid en cultuur | 6,5 | 4,3% | 5,9 | 3,7% | 5,8 | 3,6% | 5,7 | 3,6% | 5,7 | 3,6% |
7. Algemene middelen en organisatie | 59,3 | 39,0% | 68,1 | 42,1% | 67,7 | 42,2% | 66,8 | 42,2% | 67 | 42,2% |
Investeringen (kredieten) | 12,9 | 8,5% | 12,9 | 8,0% | 13 | 8,1% | 13 | 8,2% | 13 | 8,2% |
Totaal capaciteitskosten | 152,2 | 100% | 161,7 | 100% | 160,5 | 100% | 158,3 | 100% | 158,6 | 100% |
Verschilverklaring met de begroting 2025, jaarschijf 2026 | ||||||
Bedragen in € 1.000 | Jaarschijf 2026 in de begroting 2025 | Indexering (cao) | Verhoging capaciteit uit programmabudget | Kaderbrief 2026 | Actualisatie toerekening | Begroting 2026 |
---|---|---|---|---|---|---|
1. Bestuur | 10.890 | 0 | 315 | 0 | -394 | 10.811 |
2. Klimaat en gezonde leefomgeving | 10.536 | 0 | 341 | 0 | -3.167 | 7.710 |
3. Ruimte en Wonen | 7.900 | 0 | 82 | 0 | 1.873 | 9.855 |
4. Bereikbaarheid | 26.419 | 0 | 14 | 0 | 6.875 | 33.308 |
5. Natuur en landelijk gebied | 17.575 | 0 | 0 | 0 | -4.534 | 13.041 |
6. Economie, leefbaarheid en cultuur | 6.447 | 0 | 215 | 180 | -931 | 5.911 |
7. Algemene middelen en organisatie | 58.802 | 7.010 | 1.035 | 1.004 | 278 | 68.129 |
Investeringen (kredieten) | 12.860 | 645 | 0 | -523 | 0 | 12.982 |
Eindtotaal | 151.429 | 7.655 | 2.002 | 661 | 0 | 161.747 |
De aan programma’s toegerekende capaciteitskosten 2026 zijn in totaal gestegen ten opzichte van de begroting 2025, jaarschijf 2026. Het betreft de volgende posten:
- Verwerking van de cao 2025 ten laste van de daarvoor al in de begroting opgenomen stelpost. (Neutraal op totale begroting). Hierbij zijn eerst de totale capaciteitskosten in programma 7 ten laste van de daar opgenomen stelpost verhoogd.
- Verhoging van capaciteitsbudgetten in de programma’s en gelijktijdige verlaging van het opgavenbudget. (Neutraal op ieder programma)
- Kaderbrief m.b.t. capaciteit. (Niet neutraal, verhoging vastgesteld bij de kaderbrief 2026)
Na verwerking van deze mutaties heeft de jaarlijkse actualisatie van de toerekening van de totale capaciteitsinzet aan de programma’s en investeringen plaatsgevonden.
Actualisatie van de toerekening op basis van de jaarlijkse inventarisatie van capaciteitsinzet voor opgaven en na verwerking van de cao en overige mutaties. (Neutraal op het totaal capaciteitsbudget).