Bereikbaarheid

Realiseren perspectief mobiliteit

Provinciale rol

In de rol van initiatiefnemer ontwikkelt de provincie beleid en investeert zij in kennisontwikkeling, innovatie, gedrag en infrastructuur. Vanuit een regierol stimuleert de provincie andere wegbeheerders te werken aan bereikbaarheids- en leefbaarheidsopgaven in hun gebied. Bijvoorbeeld door kennisdeling en subsidies voor onder andere doorfietsroutes, verkeersveiligheid en ov-knooppunten. Daarnaast heeft de provincie via de ov-concessies een belangrijke rol in (het stimuleren van) het regionale ov. De provincie stimuleert slim en duurzaam reizen en jaagt de duurzame mobiliteitsmaatregelen door de gemeenten aan. Daarnaast geeft de provincie ruimte aan innovaties en past het die waar mogelijk toe. Denk bijvoorbeeld aan het inzetten van slim verkeersmanagement of het stimuleren van fietsgebruik door het optimaliseren van verkeerslichten. Tot slot beheert en onderhoudt de provincie haar infrastructuur en optimaliseert zij het gebruik daarvan, onder meer door gebruik te maken van beschikbare innovaties (zoals smart mobility). Werken aan infrastructuur doet de provincie duurzaam, als dit haalbaar is. Investeringen in de infrastructuur volgen uit de ‘investeringsstrategie voor de Noord-Hollandse infrastructuur’ (iNHi) 2024–2028. Deze investeringen programmeert de provincie in combinatie met het beheer en onderhoud van de infrastructuur in het ‘integraal Meerjarenprogramma infrastructuur’ (iMPI).

Beleidsdoel

(Bedragen x € 1.000/ Min is voordelig)

Realiseren perspectief mobiliteit

Rekening  2024

Begroot 2025

Begroot  2026

Begroot  2027

Begroot  2028

Begroot  2029

Totaal lasten

31.248

N

59.487

N

26.997

N

17.919

N

17.656

N

16.723

N

Totaal baten

-5.877

V

100

N

100

N

100

N

100

N

100

N

Saldo van baten en lasten

25.371

N

59.587

N

27.097

N

18.019

N

17.756

N

16.823

N

Stortingen

4.1

Reserve Mobiliteitsbeleid

255

N

205

N

0

V

0

V

0

V

0

V

4.1

Reserve Uitvoeren mobiliteit

14.511

N

23.712

N

11.452

N

11.631

N

12.019

N

12.206

N

4.1

Reserve verleende subsidies

5.220

N

70.723

N

0

V

0

V

0

V

0

V

Onttrekkingen

4.1

Reserve Mobiliteitsbeleid

-1.564

V

-1.614

V

-388

V

0

V

0

V

0

V

4.1

Reserve Uitvoeren mobiliteit

-21.039

V

-51.919

V

-20.768

V

-13.141

V

-13.116

V

-12.636

V

4.1

Reserve verleende subsidies

-4.712

V

-8.365

V

-7.476

V

-1.005

V

-1.005

V

-550

V

Resultaat

18.041

N

92.329

N

9.917

N

15.504

N

15.654

N

15.843

N

In navolging van eerdere bijdrage van de provincie vanuit het coalitieakkoord is in 2025 voor de komende jaren (2025-2027) een subsidieregeling vastgesteld ten behoeve van verkeersveiligheid en doorfietsroutes. In totaal is daarvoor in 2026 € 17,5 miljoen gereserveerd. Voor de ‘Weg om de Zuid’ (Subsidie voor gemeente Haarlemmermeer) verwachten wij in 2026 een eerste subsidie te kunnen beschikken voor voorbereidingswerkzaamheden ( € 12,3 miljoen).  De overige middelen die wij hiervoor hebben gereserveerd zullen in lijn met de planning van het project verstrekt worden. Dit geeft aanzienlijke fluctuaties in het meerjarig beeld.
In het kader van het doorlichten van de bestemmingsreserves wordt een substantieel deel van de reserve OPI ( € 66 miljoen) overgeheveld naar de reserve mobiliteitsbeleid derden, omdat het middelen betreft die gereserveerd zijn voor projecten derden: IPB Alkmaar, Avant, HOV Beverwijk, Weg om de Zuid & Krommenie.  Zodra helder is wanneer hierbij subsidie verleend kan worden, zal dat opgenomen worden in de begroting. 
Voor het zuiver omgaan met bestemmingsreserves komt de reserve mobiliteitsbeleid te vervallen. Hiervoor kunnen de middelen in de reserve incidenteel vrijvallen. De structurele bijdragen voor beleidsontwikkeling van mobiliteit die uit deze reserve gedekt werden worden omgezet naar structureel exploitatiebudget. Dit is jaarlijks € 1,3 miljoen.

1.    De provincie versterkt de samenwerking met het Rijk, gemeenten, regio en overige partijen, met het oog op de hoofdopgaven voor Mobiliteit in Noord-Holland die zijn opgenomen in het geactualiseerde ‘Perspectief Mobiliteit Noord-Holland’.

2.    De provincie zet zich ervoor in dat de uitstoot van broeikasgassen (in CO 2 gemeten) veroorzaakt door mobiliteit in de provincie Noord-Holland in 2030 met 55 procent is afgenomen, vergeleken met referentiejaar 1990. Zonder bereikbaarheid, veiligheid, leefbaarheid, circulariteit, inclusiviteit en gezondheid uit het oog te verliezen.
3.    De provincie verbetert het regionale fiets- en voetgangersnetwerk en zet in op een (grote) vermindering van het aantal verkeersslachtoffers.
4.    De provincie voert beleid om vervoer over de weg te verplaatsen naar het water en het spoor, omdat hier veel capaciteit beschikbaar is. Zo ontlasten we andere mobiliteitsnetwerken.

1.1    De provincie geeft nader invulling aan het geactualiseerde ‘Perspectief Mobiliteit Noord-Holland’, waarin de onderwerpen publieke mobiliteit, deelmobiliteit en mobiliteitsrechtvaardigheid extra aandacht krijgen.
1.2    De provincie voert de ‘investeringsstrategie voor de Noord-Hollandse infrastructuur 2024–2028’ (iNHi) uit en bereidt de iNHi 2028–2032 voor.
1.3    Samen met de regio’s geeft de provincie uitvoering aan de prioritaire acties uit de ‘Regionale Agenda’s Mobiliteit’ (RAM's).
1.4    De provincie neemt deel aan samenwerkingsverbanden, zoals het Platform Mobiliteit MRA, het Platform Mobiliteit Noord-Holland Noord, het programma ‘Samen Bouwen aan Bereikbaarheid’ (SBaB), de Provinciale Verkeer en Vervoer Beraden (PVVB-en) op deelregio-niveau, het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) in het kader van duurzame mobiliteit.
1.5    De provincie geeft samen met partners nader invulling aan het handelingsperspectief ‘gebiedsontwikkeling en mobiliteit’, met de focus op alle modaliteiten. Hiermee willen wij de doorstroming op het provinciale wegennet zo optimaal mogelijk houden.
1.6    De provincie neemt deel (bestuurlijk en ambtelijk) aan het project ‘Openbaar Vervoer Verbinding Amsterdam Hoofddorp’ (OVAH), waarin aan het einde van 2026 een besluit wordt genomen over het voorkeurstracé van deze verbinding. Ook neemt de provincie (bestuurlijk) deel aan het project Zuidasdok.
1.7    De provincie geeft verdere invulling aan de afspraken over woningbouw en infrastructuur (waaronder ov) die de afgelopen jaren zijn gemaakt met Rijk en regio, in nauwe samenwerking met gemeenten, zowel binnen Noord-Holland Noord als binnen de Metropoolregio Amsterdam (MRA). Het gaat vooral om de afspraken die zijn gemaakt tijdens de bestuurlijke overleggen ‘Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport’ (MIRT) in 2022 en 2025.
1.8    Om de provincie boven het Noordzeekanaal in de toekomst bereikbaar te houden, is het noodzakelijk om gezamenlijke studies uit te voeren met regionale partners en het Rijk. Dit leidt tot bereikbaarheidsvisies op Noord-Holland-Noord- en regionaal niveau. Het ‘Perspectief Mobiliteit Noord-Holland’ is daarvoor de leidraad.
1.9    De provincie houdt zich bezig met de ontwikkeling, implementatie en uitvoering van het ‘Actieplan Geluid 2025–2029’ en SWUNG II (samenwerken aan de uitvoering van nieuw geluidbeleid).
2.1    De provincie geeft uitvoering aan het transitiepad Mobiliteit uit de Noord-Hollandse Klimaataanpak met onder andere de volgende activiteiten:

  • Het uitvoeren van het ‘Regionaal Mobiliteitsprogramma’ (RMP). Dat doen we onder andere door vijf regionale uitvoeringsagenda's (duurzame) mobiliteit op te stellen, samen met de gemeenten. En door het ontwikkelen van een monitor die het effect van maatregelen in beeld brengt.
  • Het uitvoeren van de Werkgeversaanpak (project onder ‘Samen Bouwen aan Bereikbaarheid’) bij bedrijven en instellingen in de MRA en Noord-Holland Noord met stichting Breikers en in de regio IJmond/Noordzeekanaal door de Omgevingsdienst IJmond.
  • De provincie geeft uitvoering aan de landelijke strategie ‘Clean Energy Hubs Binnenvaart’.
  • De provincie geeft uitvoering aan de ‘Agenda Slimme en Schone Logistiek’.

2.2    De provincie neemt deel aan de programma's RH2INE en CONDOR. Dit zijn samenwerkingsverbanden tussen onder andere de provincies Zuid-Holland en Utrecht, de Duitse deelstaten Noordrijn-Westfalen en Rijnland-Palts, de havenbedrijven van Duisport, Rotterdam en Amsterdam. Zij hebben tot doel het gebruik van waterstof in de binnenvaart te stimuleren.
2.3    Binnen het project MRA-Elektrisch werkt de provincie samen met Flevoland en Utrecht om elektrisch vervoer te stimuleren en een netwerk van publieke oplaadpunten te realiseren.
3.1    De provincie geeft uitvoering aan de actielijnen uit de ‘Actieagenda Actieve Mobiliteit’ (AAM) 2022–2027. De prioriteit ligt bij de realisatie van de doorfietsroutes. Zowel op eigen areaal, als bij de gemeenten. Dit laatste stimuleren we via onze regierol, kennisdeling en subsidies. Vanaf 2025 subsidiëren we aan de hand van een meerjarige, geprioriteerde projectenlijst, in combinatie met verkeersveiligheidsprojecten. Om vooruit te kunnen kijken, is in deze begroting vanaf 2028 structureel geld opgenomen voor doorfietsroutes.
3.2    De provincie voert het ‘Regionale Uitvoeringsprogramma Verkeersveiligheid’ uit, samen met gemeenten en andere belangrijke partners, zoals de politie. Dit programma richt zich zowel op infrastructuur als op verkeersveilig gedrag en de handhaving daarvan. Verkeersveiligheidsmaatregelen door gemeenten subsidiëren we aan de hand van een meerjarige, geprioriteerde projectenlijst, in combinatie met doorfietsrouteprojecten. Daarnaast zorgt de provincie voor verkeerseducatie op basis- en middelbare scholen en subsidiëren we voorlichting aan ouderen over veilig fietsen met het project ‘Doortrappen’.
4.1    De provincie neemt deel in programma's waarin we samenwerken met regionale, nationale en internationale partijen. Zoals ‘Duurzaam Rijnvaarperspectief 2030’, ‘Versterken binnenvaart’, ‘Probleemverkenning goederenvervoer spoor MRA’ en ‘Autonoom varen en rijden op goederenvervoercorridors’.
4.2    De provincie ontwikkelt het ‘Dashboard Logistieke Stromen 2.0’, samen met partners in de MRA. Dit vormt een onderdeel van ‘Focus Smart Mobility’.
4.3    De provincie voert onderzoek uit naar mogelijkheden waarmee bedrijven en gemeenten transport van de weg naar water en spoor kunnen verplaatsen (modal shift). Dit gebeurt samen met partners, zoals in het samenwerkingsprogramma ‘Noord West Connect’.
4.4    De provincie zet een realisatiepact op in de MIRT Goederenvervoercorridor Zuid, voor het Knooppunt MRA, met daarin verschillende projectvoorstellen voor een betere, duurzame bereikbaarheid van de Greenport Aalsmeer, Schiphol en de haven van Amsterdam. Dit doen we samen met onder andere het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en het Havenbedrijf Amsterdam.
4.5    De provincie geeft uitvoering aan projecten van het samenwerkingsverband Amsterdam Logistics en stelt een plan op voor de toekomst van de Connected Transport Corridors Amsterdam Westkant.

Deze pagina is gebouwd op 09/08/2025 16:59:00 met de export van 09/08/2025 16:41:54